WBS: WerkBezoekenSerie
Ik heb veel gezien van Nederland, in de afgelopen dagen. Eerder deed ik al verslag van het werkbezoek dat ik aan Leeuwarden bracht voor het project van de Wiardi Beckman Stichting. Inmiddels hebben we op 2 november Twente bezocht, gevolgd door Limburg (3 november) en de Kop van Noord Holland (7 november). Komende dinsdag gaan we nog naar Zeeland.
De bezoeken zijn erg afwisselend en bovenal leerzaam. Door te spreken met ondernemers, politici en mensen van de kennisinstellingen, krijg je een aardige indruk van de regio. Want die verschillen onderling nogal. Ze hebben allemaal een eigen manier van werken. In Twente wordt veel op regionaal niveau geregeld, ook bestuurlijk. In Limburg hebben een aantal belangrijke spelers (DSM, kennisinstellingen, overheden) elkaar gevonden en worden als gevolg daarvan initiatieven genomen. In de Kop van Noord-Holland lijkt de noodzaak om nieuwe bronnen van werkgelegenheid te vinden groter dan elders. Daar wordt door een projectbureau optimaal gebruik gemaakt van allerlei Europese fondsen en andere potjes om zoveel mogelijk initiatieven van de grond te krijgen.
Elke regio heeft ook zijn eigen historische problemen: in Twente de teloorgang van de industrie, in de Kop van Noord-Holland onder andere de inkrimping van de Marine, waardoor Den Helder vooral getroffen is, in Limburg de sluiting van de mijnen. Maar elke regio probeert ook op basis van de aanwezige sterke punten, nieuwe vormen van economische groei te zoeken. Je hoort dan ook veel tandengeknars over de keuze van het ministerie van Economische Zaken om vooral in te zetten op de Pieken in de Delta. Die pieken liggen vooral in de Randstad. Daarmee mis je toch een hoop initiatieven die in de overige regio's genomen worden. Dat is eeuwig zonde.
Met deze alinea's doe ik alles wat er tijdens de werkbezoeken gehoord en gezien is natuurlijk geen recht. Maar goed, al die informatie wordt in de komende tijd allemaal verwerkt in een visie op het regionaal-economische beleid in Nederland. Tot die tijd houd ik het even bij deze indrukken.
De bezoeken zijn erg afwisselend en bovenal leerzaam. Door te spreken met ondernemers, politici en mensen van de kennisinstellingen, krijg je een aardige indruk van de regio. Want die verschillen onderling nogal. Ze hebben allemaal een eigen manier van werken. In Twente wordt veel op regionaal niveau geregeld, ook bestuurlijk. In Limburg hebben een aantal belangrijke spelers (DSM, kennisinstellingen, overheden) elkaar gevonden en worden als gevolg daarvan initiatieven genomen. In de Kop van Noord-Holland lijkt de noodzaak om nieuwe bronnen van werkgelegenheid te vinden groter dan elders. Daar wordt door een projectbureau optimaal gebruik gemaakt van allerlei Europese fondsen en andere potjes om zoveel mogelijk initiatieven van de grond te krijgen.
Elke regio heeft ook zijn eigen historische problemen: in Twente de teloorgang van de industrie, in de Kop van Noord-Holland onder andere de inkrimping van de Marine, waardoor Den Helder vooral getroffen is, in Limburg de sluiting van de mijnen. Maar elke regio probeert ook op basis van de aanwezige sterke punten, nieuwe vormen van economische groei te zoeken. Je hoort dan ook veel tandengeknars over de keuze van het ministerie van Economische Zaken om vooral in te zetten op de Pieken in de Delta. Die pieken liggen vooral in de Randstad. Daarmee mis je toch een hoop initiatieven die in de overige regio's genomen worden. Dat is eeuwig zonde.
Met deze alinea's doe ik alles wat er tijdens de werkbezoeken gehoord en gezien is natuurlijk geen recht. Maar goed, al die informatie wordt in de komende tijd allemaal verwerkt in een visie op het regionaal-economische beleid in Nederland. Tot die tijd houd ik het even bij deze indrukken.
Labels: wbs
gepost door Daan Bultje op
woensdag, november 08, 2006
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage