woensdag, december 08, 2004

Met de poten in de modder

Politiek is niet slechts papier, je moet soms ook 'met je poten in de modder' gaan staan. Nou zit ik gelukkig in een commissie (Landschap, Water en Milieu, kortweg LaWaMi) waarin die mogelijkheid zich regelmatig voor doet. In het kader van het project ´ondernemende staten´ van VNO-NCW Noord waarbij statenleden gekoppeld worden aan ondernemers, praat ik een keer in de zoveel maanden bij met Hendrik-Jan Bakhuizen van Arcadis. Dat is een advies en ingenieursbedrijf op het vlak van infrastructuur, milieu etc. Dus dat sluit mooi aan bij mijn onderwerpen in de Staten. Het idee van de uitwisseling is dat je van beide kanten meer op de hoogte raakt van elkaars bezigheden. Vanuit dat oogpunt sprak ik gisteren met twee medewerkers van Arcadis, Dolf Loggeman, adviseur natuur en ecologie en Matthijs Wetterauw, adviseur milieu en bodemsanering. Het eerste gesprek ging vooral over het belang van communicatie met betrokkenen bij het schrijven van visies en beheerplannen, dat je heel veel weerstand kan wegnemen door mensen al in een vroeg stadium te betrekken.

Met Matthijs bezocht ik een bodemsanering (daar was de modder al). We hebben in Groningen een werkvoorraad van 26.000 locaties die in theorie vervuild zouden kunnen zijn. Het grappige is dat die inschatting is gemaakt op basis van historisch onderzoek. Ik studeer zelf geschiedenis, en mensen hebben nogal eens de neiging om de studie af te doen als nutteloos. Dus ik was aangenaam verrast dat historisch onderzoek aan de basis ligt van vrijwel iedere bodemsanering. Uiteindelijk zullen waarschijnlijk 5000 locaties daadwerkelijk gesaneerd moeten worden, waarbij er een onverdeling gemaakt moet worden tussen ´ernstige´ en ´urgente´ (of beide) bodemvervuiling. Als de bodem vervuild is, maar het blijft gewoon zitten en het wordt niet op een dusdanige manier gebruikt dat er gevaar bestaat, dan kan het wel een tijdje blijven zitten. Maar als er echt gevaar is, dan moet het snel gesaneerd worden. Het doel is om in 2024 klaar te zijn met de bodemsanering, maar dat lijkt krap te worden.

Het is heel nuttig om met mensen te spreken die bij dezelfde zaken betrokken zijn als de provincie, omdat die je ook kunnen vertellen waar ze zoal tegen aanlopen, welke knelpunten ze in het beleid zien. Iedereen heeft zijn eigen verantwoordelijkheden en belangen, en je moet ook niet bij elkaar op schoot gaan zitten, maar het kan ook geen kwaad om zo nu en dan in elkaars keuken te kijken. Maar wel eerst je voeten vegen.



1 reacties:

Anonymous Anoniem zei...

Dat historische onderzoek is gedeeltelijk verricht door de Geschiedenniswinkel en Ger Blijham. De laatste heeft sinds anderhalf jaar een eigen bureautje samen met Geurt Collenteur van de sectie ESG. Wellicht ben je die onderzoekers van vervuilde bedrijfsterreinen dus ook wel eens in de Haarmonie tegengekomen.
Overigens leek dat werk mij niets. Risicocategoprieën opstellen, archief kamer van koophandel in voor de adressen en dan vervolgens het kadaster bekijken waar de eventueel vervuilde terreinen lagen.
Vriendelijke groet,
Harry Perton

3:37 p.m.  

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage