zaterdag, oktober 28, 2006

Is het geen plaatje!

Sorry hoor, moet even: Kijk nou toch eens, is het geen plaatje? Het is een van de nieuwste aanwinsten van de provincie Groningen: Claire Joy Sophie Broekhuizen. Claire is de dochter van mijn goede vrienden Laura (tevens fractiegenoot) en Martijn. Ze is op 19 september geboren en hier ligt ze heerlijk in m´n armen te slapen. Mooi he?

Claire Joy Sophie Broekhuizen

Labels:

maandag, oktober 23, 2006

Het zuur van zoet!


Nu de wereldeconomie weer aantrekt blijkt het ravijn waar het kabinet drie jaar lang voor waarschuwde, opeens een berg van kansen te zijn. Meer banen, minder werklozen. Is dit dan het zoet waar al jaren naar uitgekeken is? Als dat al zo is dan komt het niet uit de koektrommel van het kabinet en de gemeenten profiteren er zeker niet van mee. Zij worden geconfronteerd met een forse korting op het budget van de bijstandskorting. Gemeenten in Groningen moeten daardoor € 14 miljoen inleveren bij het kabinet.

De redenering van het kabinet is als volgt: het aantal banen daalt, dus het aantal uitkeringen daalt, dus kunnen de gemeenten gekort worden. Klinkt simpel, en dat is het ook: te simpel. Zou deze korting op basis van de daling van het aantal werklozen per gemeenten gebeuren, dan zat er nog een zekere logica achter. Maar nee, er wordt geen rekening gehouden met het feit dat in Groningen de daling geen gelijke tred houdt met de landelijke trend. Dit komt doordat de economische groei hier wat later inzet dan in andere delen van het land.

Zoals we afgelopen vrijdag in het Dagblad van het Noorden hebben kunnen lezen, hebben de gemeenten hun begroting met veel snijden en schaven rond gekregen. Om vervolgens te horen dat ze opnieuw bedragen oplopend tot anderhalf miljoen euro moeten bezuinigen. Van de 25 gemeenten in Groningen, ontspringt alleen Groningen-stad de dans.

De werkelijkheid achter deze cijfers is dramatisch. Want het zijn de inwoners van onze provincie die de prijs moeten betalen voor deze nieuwe bezuinigingsronde: als de laatste overgebleven gesubsidieerde banen worden geschrapt, als er een streep gezet moet worden in bijvoorbeeld de voorzieningen in welzijn, cultuur en sport.

Iedere gemeente zal zijn eigen keuze moeten maken, maar een ding is zeker: het zal ten koste gaan van de voorzieningen van mensen. Dat is zuur voor de velen die het voorzieningenniveau in de afgelopen jaren al achteruit hebben zien gaan. En het is zuur voor de raadsleden die graag goeie dingen willen doen voor hun burgers, maar steeds meer beknot worden door Den Haag.

De gemeenten hebben al aangegeven dat ze hier niet zonder meer mee akkoord gaan. De provincie ondersteunt ze in die strijd tegen het nieuwe zuur van Balkenende. Tijd voor een Rennie!

Labels: ,

Werkbezoek Leeuwarden

In het kader van het WBS-project over regionaal economisch beleid, bracht ik afgelopen vrijdag samen met Frans Becker en Marijn Molema een werkbezoek aan Leeuwarden. PvdA-gemeenteraadslid Erik Zwierenberg had daar een boeiend programma voor ons samengesteld.

Zo bezochten we Wilee Techniek BV. Een innovatief bedrijf dat onder andere bezig is een geautomatiseerde uitgifte van medicijnen te ontwikkelen. Het is het best te vergelijken met een enorme pinautomaat, waaruit je geen flappen maar je doktersrecept kan tappen. Het is heel inspirerend om iemand met een goed idee te zien, die bereid is risico’s te nemen om met dat idee de wereld te veroveren. Het punt is alleen dat die gedrevenheid niet bij iedere ondernemer terug te vinden is. Vaak is consolidatie belangrijker dan groei. Fryslân heeft net als beide andere noordelijke provincies onevenredig veel kleinere bedrijven. Het is vooral lastig in dat type bedrijven beweging te krijgen.

Dat onderwerp kwam nadrukkelijk naar voren bij het gesprek dat we hadden op de Van Hall-Larenstein Hogeschool. Daar spraken we met vertegenwoordigers van de Internet Academie, de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden, Wetsus, het Van Hall en met wethouder Marga Waanders. Het lukt zo nu en dan aardig om vanuit de kennisinstellingen kleine bedrijfjes op te starten, maar dat gebeurt eigenlijk nog op te kleine schaal. Zeker als je kijkt in de Randstad waar studenten vaak in snellere netwerken zitten en zo meer prikkels krijgen om iets te ondernemen. Daarnaast is het de ervaring dat de kleinere - en vaak meer traditioneel ingestelde - ondernemers niet naar de kennisinstellingen komen. Het initiatief moet nog teveel vanuit de Hogescholen en dergelijke komen. De positieve uitschieter is Wetsus: dit kennisinstituut is erin geslaagd de belangrijkste spelers op het gebied van duurzame watertechnologie bij elkaar te brengen. Een ideale wisselwerking tussen kennis en ondernemerschap.

Toch zal niet iedereen meekunnen op de golven van de kenniseconomie. Vooral aan de onderkant van de arbeidsmarkt dreigen mensen buiten de boot te vallen. Piet Boomsma, die zich bij de Kamer van Koophandel Friesland bezighoudt met regiostimulering, ziet kansen in de traditionele sectoren: Toerisme, Metaal en Landbouw. Daar zit volgens hem de kracht van de regio en het zou hoog tijd worden om een omslag in het denken te maken: het noorden is geen zwakke regio. We houden qua economische groei een gelijke tred met de rest van Nederland. Het inzetten van kennis in juist die traditionele sectoren kan volgens Boomsma van doorslaggevende betekenis zijn voor de economische ontwikkeling. Waarbij niet vergeten moet worden dat het aantal ondernemers onder hoger opgeleiden een stuk lager is dan onder de lager opgeleiden.

De kop is eraf: het bezoek aan Fryslân is de eerste in een reeks werkbezoeken die we in de komende maand gaan afleggen. We hebben veel gehoord waar we wat mee kunnen. Zo verzamelen we steeds nieuwe bouwstenen voor ons uiteindelijke verhaal.

Labels:

maandag, oktober 16, 2006

Daan B te Brussel

Afgelopen woensdag ging ik mee met de driedaagse excursie van de Groninger Provinciale Staten naar Brussel. Tijdens deze trip bezochten we verschillende instellingen. Zoals op donderdag de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Europese Unie. Dat is een gebouw vol representanten van de Nederlandse overheid (vanuit onder andere alle ministeries) die het aanspreekpunt zijn voor de Europese instellingen. Dat hele apparaat moet aangestuurd worden door Den Haag, dus de Nederlandse ministerraad besteedt de hele vrijdagochtend aan het vergaderen over de instructies richting Brussel. Daar had ik nooit bij stilgestaan.

Luc Werring, van het Directoraat Energie & Transport van de Europese Commissie, hield een inspirerend verhaal over de toekomst van onze energievoorziening en het belang van een goeie energiemix. We zijn al te laat om de opwarming van de aarde tegen te gaan, maar als we nu ons uiterste best doen om de CO2-uitstoot flink te verminderen, dan kunnen we de problemen in elk geval beheersbaar houden. Doen we dat niet, dan hebben we een heel groot probleem. Werring houdt zich al 20 jaar met het vraagstuk bezig, maar maakte absoluut geen uitgebluste indruk. Dat soort mensen hebben we nodig om dergelijke problemen aan de kaak te stellen. (Zie dhr Werring in actie tijdens vergelijkbare presentatie)

Eerder die ochtend had ik twee workshops gevolgd in het kader van de European Week of Regions and Cities die diezelfde week plaatsvond. Die week is een initiatief van het Comité van de regio’s. De workshops gingen over de verschillende manieren om innovatie te stimuleren in het midden- en kleinbedrijf. Dit gebeurde aan de hand van projecten uit diverse Europese landen. Zo bood de NBank in Duitsland de mogelijkheid aan bedrijven om met behulp van een checklist te kijken wat de mogelijkheden voor innovatie waren. In Londen werden tal van ondernemingen rondom de Thames bij elkaar geharkt om door samenwerking meer initiatieven van de grond te krijgen. In de Italiaanse regio Umbrië kregen ondernemers het verzoek om met innovatieve ideeën te komen, waarvan de beste plannen financieel zouden worden ondersteund. Maar wat me vooral aansprak was de bijdrage van Marcin Baron uit Polen, die aangaf dat we niet alleen de succesverhalen met elkaar moeten delen, maar zeker ook de verhalen van totale mislukking. Want alleen zo leer je echt van elkaar.

De sfeer tijdens de workshops was vergelijkbaar als twee jaar eerder toen ik namens het IPO meedeed aan het YouthDebate van het Comité van de Regio’s. Zo’n internationaal gezelschap in verschillende zalen bijeen om ervaringen uit te wisselen, te netwerken en te discussiëren.

Op vrijdag bezochten we het Huis van de Nederlandse Provincies. Dit is eigenlijk hetzelfde principe als de Permanente Vertegenwoordiging: er zijn permanent mensen in Brussel aan de slag die de belangen namens de verschillende provincies behartigen. Hier werden inleidingen gehouden over de toekomstige bodemrichtlijn van de Europese Unie, over staatssteun en de plaatsvervangend ambassadeur hield een praatje over de verschillen tussen Nederlanders en Belgen.

Wat tijdens het bezoek verschillende keren terugkwam, was het gegeven dat Nederland -aanvankelijke medeoprichter van de Unie - nu een veel zwakkere positie heeft. Een belangrijke factor daarbij is het ´nee´ bij het referendum over de Europese Grondwet. Sindsdien wordt er vanuit Nederland amper nog met een visie naar Europa gekeken. En Europa lijkt met dezelfde desinteresse terug te kijken.

Naast de inhoudelijke kant van de excursie was er natuurlijk ook een sociale kant. Het is een goeie gelegenheid om met een aantal collega-statenleden bij te praten, zeker in het laatste jaar van onze periode. Voor verschillende mensen stond de trip dan ook in het teken van afscheid omdat ze hebben aangegeven niet meer terug te keren in de volgende statenperiode. Hopelijk geldt dat niet voor mij. Ik heb me opnieuw kandidaat gesteld voor de Staten en had de zaterdagochtend na terugkeer uit Brussel mijn gesprek met de kandidaatstellingscommissie. Niet verkeerd: Je staat na een uitstap naar de hoogste bestuurslaag direct weer met beide benen terug in de provinciale politiek.

woensdag, oktober 11, 2006

Diep Triest

Paul Hunter

Wanneer de 'crocodile hunter' dodelijk getroffen wordt door een 'stingray', dan heb ik daar eerlijk gezegd vrede mee. Hij nam een gecalculeerd risico en dan gaat het soms mis. Ik was echter wel in mijn wiek geschoten door het overlijden van Paul Hunter: 27 jaar, groots snookerspeler, maagkanker. Hunter werd prof op zijn twintigste en won drie keer de Masters, een van de meest prestigieuze toernooien in het circuit. Zijn bijnaam: de David Beckham van het groene laken.

Niet dat ik een hele trouwe snookerkijker ben, ik beperk met tot de periodes waarin de BBC helemaal los gaat en alles in het teken lijkt te staan van het groene laken. Dan laten ze zelfs onderzoek verrichten naar het gedrag van de ballen op bepaalde types laken. De enige Nederlandse bijdrage aan die toernooien is Jan Verhaas, top-snookerscheidsreferee.

Snooker heeft de naam saai en stijf te zijn. Maar het zijn juist karakters als Paul Hunter, Ronnie O´Sullivan, Matthew Stevens en Jimmy White die de sport boeiend maken. Ze hebben allemaal hun eigen temperament, speelsnelheid, zwakke punten en geschiedenis. De dood van Paul Hunter zal inslaan als een bom in het kleine snookerwereldje.

Diep triest.

Labels:

zondag, oktober 01, 2006

Kieslijsten & Confetti


Een weekend lang partijcongressen. Het doet denken aan de meerdaagse conventies van de Republikeinen en Democraten in de VS, zeker omdat hele stukken live op tv werden uitgezonden. Dat kwam mij goed uit want dan kon ik enerzijds de gang van zaken blijven volgen terwijl ik anderzijds mijn goede vriend Huub kon helpen verhuizen.

De speeches worden gebruikt om de politieke tegenstanders eens flink aan te pakken. Bij het CDA zitten ze met het probleem dat ze twee gezichten hebben: Verhagen voor het vuile werk (neemt steevast het woord ´bejaardenbelasting´ in de mond, wat maar weer bewijst dat de partij weinig respect heeft voor ouderen) en Balkenende als ´staatsman´. Nou is die rol van Balkenende nogal riskant omdat hij in vier jaar tijd zijn kabinetten twee keer uit elkaar heeft laten vallen plus meerdere ministers verloren heeft. So far voor de stabiele factor.

Bij de VVD liet Gerrit Zalm zien hoe je een speech de zaal in slingert: Geestig en goed getimed. Dit in tegenstelling tot Rutte die amper van z’n papier kijkt terwijl hij zijn redevoering opdreunt. Hoe stellig je woorden dan ook zijn, dat komt niet over. Zalm is geen geboren lijsttrekker, Rutte is geen geboren redenaar en de combinatie van beide moet zich van de partij gedeisd houden in Diever.

De leden van D66 besloten Boris van der Ham en Bert Bakker op 2 en 3 te zetten (volgens de huidige peilingen goed voor eerste en tweede opvolger), waarmee de eerste nieuwe gezichten pas op 4 en 5 komen. De vernieuwingsdrang geldt blijkbaar alleen voor bestuurlijke zaken.

Op het PvdA-congres bleek de lobby om landbouwwoordvoerder Harm Evert Waalkens hoger op de lijst te krijgen succesvol. Hij steeg van 51 naar plek 33. Een prachtig resultaat. Daarmee heeft Groningen drie kandidaten bij de eerste 40: Marianne Besselink op 10, Harm Evert op 33 en Marjo van Dijken op 40. (Bekijk de hele lijst)

Het startschot voor de verkiezingscampagne is gelost. Wouter Bos heeft Balkenende uitgedaagd om in de komende periode 12 debatten te voeren. Laatstgenoemde heeft inmiddels laten weten dat hij niet wil omdat hij ´is ingehuurd om het land te regeren´. Dat getuigt van weinig respect voor de kiezers die op 22 november bepalen wie ze voor de komende vier jaar gaan inhuren. Genoeg verstoppertje gespeeld JP, het is tijd voor je functioneringsgesprek!

Labels: ,